Zorg ervoor dat je planten gezond blijven en hun natuurlijk afweer tegen ziekten en plagen behouden, Controleer regelmatig al je gewassen op rupsen, insecten, larven, maden, vliegen, en eitjes, waardoor je snel en vroeg kunt ingrijpen om een ziekte of plaag te voorkomen.
Verkeerde voeding
Half verhongerende planten trekken altijd de lastigste insecten aan. Houd de grond vruchtbaar door er organische mest of compost door te spitten en vul dat eventueel aan met kunstmest. Probeer wel altijd zo min mogelijk kunstmest te gebruiken.
Hygiëne
Hou de omgeving vrij van rommel en onkruid. Een verwaarloosd stuk grond is een ideale omgeving voor slakken en onkruiden zoals distels, netels en kleefkruid. Deze zijn de gastheren van de zwarte bladluis.
Pas zo veel mogelijk wisselteelt toe als bescherming tegen ziekten, Aardappelmoeheid bijvoorbeeld en wrattenziekten ontstaan als er jaren achtereen op hetzelfde stuk grond verbouwd wordt.
Op het internet is veel en uitgebreide informatie te vinden over plagen en ziekten bij groenten.
Doorschieten
Het doorschieten van planten gebeurd als er een stagnatie in de ontwikkeling is geweest en hierdoor de planten vaak te vroeg zaad vormen, Te arme grond, gebrek aan water, overbevolking (als er te laat wordt uitgedund) of ongunstige weersomstandigheden zijn vaak de oorzaak van het doorschieten van de groente.
Bij gewassen die goed behandeld worden en op vruchtbare grond staan is het doorschieten minder, maar kan altijd nog voorkomen. Het ene gewas is het andere niet en sommige zijn gevoeliger ervoor. In het algemeen geld niet te vroeg in het voorjaar zaaien.
Meest voorkomende plagen en ziekten zijn:
Wortel en knolgewassen
Aardappel : ritnaalden, slakken, aardappelpelcyste-aaltje, schuft, aardappelziekte.
Wortel : wortelvlieg, ritnaalden
Uien : witte rot
Pastinaken : kanker
Meirapen en koolrapen : aardvlooien
Koolsoorten
Rupsen van het koolwitje, bladluizen, knolvoet.
Bloemkool : koolvliegen
Erwten en bonen
Erwten: erwtepeulboorders
Stokbonen en tuinbonen : zwarte bladluis
Vruchtgroenten
Tomaat : witte vlieg, kanker, bladvlekkenziekte, aardappelziekte
Fruitbomen
Appels : fruitmotten, appelzaagwespen
Perziken en nectarines : krulziekte
Pruimen : bladluizen, loodglans
Klein fruit
Zwarte bessen : rondknop
Kruisbessen : kruisbessezaagwespen, harlekijnvlinders
Frambozen : frambozekever
Aardbeien : grauze schimmel